Veredelen: van aspirant fuchsiaveredelaar tot fuchsia goeroe.
Als je van een veredelaar van dit kaliber, met maar liefst 166 cultivar introducties, een lijst maakt op chronologische volgorde van alle planten en daarbij de afstammingen vermeldt, dan krijg je niet alleen een duidelijk overzicht van het werk van de veredelaar maar ook een mooi tijdsbeeld van de ontwikkeling van de fuchsiahobby in Nederland en daarmee verbonden de ontwikkeling van de NKvF.
Maar je ziet ook een lijn in de ontwikkeling en vorderingen van de veredelingsgroep en de botanische groep waarvan Herman, samen met Hans van der Post, een van de oprichters was.
Het veredelingswerk van Herman valt dan ook in een paar periodes te verdelen.
Maar het is wel zo dat Herman van meet af aan als fuchsiaveredelaar gebruik maakte van eigenschappen die hij letterlijk van huis uit mee gekregen had.
Een van die eigenschappen is zijn observerend vermogen.
Van het begin af aan wist Herman nauwkeurig te onderscheiden wat er wel en niet gaande was in de Nederlandse fuchsiawereld en later ook ver daarbuiten. Trends volgde hij op de voet en wist snel wat de fuchsialiefhebber in bepaalde periodes prefereerde. Ook signaleerde hij de ontwikkelingen in het buitenland waar in navolging van Nederland, het wetenschappelijk werk van John Wright buiten beschouwing gelaten, meer en meer species gebruikt werden bij het veredelaarswerk.
Een andere eigenschap waar hij dankbaar gebruik van maakte was iets waar veel mensen het wel eens moeilijk mee hadden als ze sommige beschrijvingen over fuchsiacultivars lazen. Herman had namelijk een uitzonderlijk goed waarnemingsvermogen daar waar het kleuren van cultivars betrof.
Niet ieder mens heeft op dat gebied van huis uit de zelfde kwaliteiten mee gekregen en vaak werden dan ook de wenkbrauwen gefronst als Herman schreef dat hij een grijze zweem of blauwe nuance in de basiskleuren van een cultivar zag.
Menigmaal gebruikte hij deze gave bij het kiezen van de ouders van zijn veredelingsproducten. Zijn vriend de veredelaar Lutz Bögemann had ook die uitzonderlijke eigenschap om kleuren te herkennen en die gebruikte dat bijvoorbeeld bij zijn pogingen om een zogenaamde omgekeerde fuchsia te maken met blauwe kelkbladen en een rode kroon.
Wellicht hebben ze elkaar versterkt of gestimuleerd.
Een ander zintuig dat Herman graag bij zijn veredelingswerk zou hebben ingezet was zijn neus.
Gezien zijn voorliefde voor geurende bloemen werd iedere nieuwe cultivar door hem dan ook getest of ze geurden. Het was en is nog steeds een van zijn wensen dit ook te realiseren bij fuchsia’s.
Ongetwijfeld heeft hij daar onderzoek naar gedaan maar tot op heden is het hem niet gelukt.
Het is een logische redenatie dat men zou denken dat iemand met een dergelijke achtergrond en opleiding, en met ervaring in het veredelen van narcissen, van het begin af aan bij het veredelen zou werken met species. Niets is minder waar.
In de tijd dat Herman begon met veredelen waren er nog niet zoveel species voorhanden als nu. En voorzichtigheids halve begon ook Herman met ‘La Campanella‘ als ouderplant omdat hij al veel resultaten van andere veredelaars met deze plant had gezien en verbaasd was over de grote verscheidenheid aan bloemvormen en kleuren van de nakomelingen van
‘La Campanella’.
Met andere woorden: Herman gebruikte ‘ La Campanella’ en andere meer door veredelaars gebruikte cultivars bewust omdat hun goede eigenschappen voor hybridisatie bekend waren. Ook was hij zich er terdege van bewust dat hij het niet kon verantwoorden om bij de kruisingen uit zijn eerste jaren de vaderplant te vermelden. In die tijd was namelijk nog geen goede methode bekend om de stamper na het bestuiven te isoleren waardoor de naam van de vader nooit 100 % zeker was.
Pas eind zeventiger jaren kregen de Nederlandse veredelaars van de Engels veredelaar John Wright een methode aangereikt om de stempel na het bestuiven te isoleren.
Tot nu toe heeft Herman 166 fuchsia cultivars op de markt gebracht. Een respectabel aantal weliswaar, maar als Herman in de beginperiode van zijn fuchsia carrière dezelfde kennis, ervaring en wetenschap had gehad die hij nu na vele decennia heeft opgedaan dan waren het er waarschijnlijk minder geweest.
Lees verder op: 3 De beginperiode als aspirant fuchsiaveredelaar.
Auteur: M.A. Soeters
Opmaak: S. van Schaik
© Fuchsia's of the World